U bent hier

Hoe herkent u voedingstekorten bij uw teelt?

Hoe voedingstekorten bij uw teelt herkennen

Soms krijgt u te maken met een kleinere oogst of laat de kwaliteit het afweten. De plant toont eigenaardige kenmerken. U beseft: er loopt iets mis van met de voeding van mijn gewas…

Als u snel ingrijpt, kan u de schade dikwijls nog beperken. Maar dan is het wel zaak om de plant te voeden met het juiste nutriënt. Om dit te achterhalen gaan we in dit artikel dieper in op oorzaken en risicofactoren van een gebrek.

 

Hoe onstaat een tekort aan voedingselementen?

Deze redenen kunnen gebreken uitlokken:

  • Er zitten niet genoeg voedingselementen in de bodem. Ofwel door een te laag gehalte in de bodem zelf, ofwel door een te lage bemesting.
  • De voedingselementen in de bodem zijn slechts beperkt beschikbaar. Een aantal bodemfactoren maken deze nutriënten soms minder beschikbaar: pH, kleigehalte, te hoog zoutgehalte,….
  • Onevenwichten kunnen de opname van elementen die wel in voldoende mate aanwezig in de bodem zijn, verminderen of helemaal blokkeren. Bij een te hoge fosforbemesting bijvoorbeeld, absorbeert de plant het voedingselement zink moeizamer.
  • Het klimaat heeft ook een belangrijke invloed. Zo kan overmatige regen de voedingselementen uitwassen. Of omgekeerd, voedingselementen zullen zich extra vastleggen bij droogte.  Koude vermindert dan weer vaak de activiteit van de wortels waardoor ze de voedingselementen moeilijker opnemen.
  • Ook de plantontwikkeling -en conditie spelen een rol: zieke planten of planten in herstel, nemen de beschikbare nutriënten minder efficiënt op.
  • Bodemcompactatie, bodemaaltjes, verstikking door slechte drainage, …..deze aspecten beïnvloeden de wortelontwikkeling en verminderen zo de efficiëntie van de wortels.

 

Hoe pakt u een tekort aan? Snel reageren is de boodschap.

Wat doen we als we symptomen opmerken? Niets doen is geen optie. Een plant met gebreken heeft geen goede fotosynthese en zal uiteindelijk minder produceren. Een tekort aan voedingselementen verstoort dus de processen en benadeelt zowel de hoeveelheid als de kwaliteit van onze productie.

Het komt erop aan zo snel mogelijk te reageren als we symptomen waarnemen. Maar welk element moeten we dan toepassen? Dat is steeds dé grote vraag.

  • Analyses

Blad -en sapanalyses geven natuurlijk 100 % zekerheid over de conditie van de plant, maar ze nemen kostbare tijd in beslag. Het duurt dikwijls enkele dagen tot weken voordat de resultaten van het laboratorium beschikbaar zijn. Als we ondertussen niets doen, verergert de toestand van de plant en wordt het alleen maar moeilijker om het gebrek te behandelen.

Hoe erger het gebrek en hoe langer de plant lijdt onder dit gebrek, hoe moeilijker het te behandelen is en hoe moeizamer de plant zal herstellen.

  • Visuele diagnose

Wil u snel ingrijpen, dan is een visuele diagnose de eerste stap om te in te schatten welk element we moeten toepassen. Deze visuele aanpak is niet altijd evident. Daarom enkele richtlijnen om de symptomen vlotter te herkennen.

 

De aanloop naar een juiste diagnose

Om een concreet gebrek vast te stellen, moet je eerst rekening houden met een reeks algemene factoren. Pas na die algemene toetsing, kan je achterhalen welk voedingselement de plant niet genoeg ondersteunt.

  • Wat zijn de initiële symptomen?

De eerste symptomen zijn de meest typische. Het is dus belangrijk ze snel te herkennen. Want zodra de gebreken groter worden en de symptomen heviger, zullen ze voor alle voedingselementen sterk op elkaar gaan lijken. Zo zullen ze dan zichtbaar zijn op zowel jonge als oudere bladeren en krijgt uw teelt te maken met vergeling en necrose, een algemene groeistop, enz.

  • Wat is het antwoord op deze 6 belangrijke vragen?
  1. Op welke bladeren ontstaan de eerste symptomen?
  2. Wat zijn deze symptomen? Heeft de plant te maken met vergeling, andere verkleuringen (bv rood), necrose, vervormingen, …..
  3. Wat is het patroon van deze symptomen? Stel je de vergeling over heel het blad vast of enkel tussen de nerven? Hoe groen blijven de nerven?
  4. Zijn de grootte en de vorm van het blad normaal of zijn de bladeren kleiner en vervormd?
  5. Is de groei van de plant verder normaal, zijn de internodia gemiddeld of korter, dikker, ...?
  6. Zijn er ook symptomen op andere delen van de plant, zoals vervormingen op de groeipunten, slechte bloei of slechte vruchtzetting, …..
  • Ken je de plant -en omgevingseigenschappen?

Uitgebreide kennis en informatie over het gewas en zijn groeiomstandigheden helpen ook bij het bepalen van het mogelijke gebrek. De gevoeligheden van het gewas geven aan voor welke elementen de teelt extra gevoelig is. Maar ook informatie over de bodem, de weersomstandigheden, enz, zullen aanwijzingen geven over welke elementen eventueel moeilijker opneembaar zijn. De gevoeligheden van de teelt vindt u terug op onze teeltenpagina’s.

  • Hebben we te maken met specifieke symptomen?

Sommige symptomen zijn heel typisch en komen alleen voor op een bepaalde teelt. Een tekort aan mangaan leidt bijvoorbeeld tot zwarte puntjes over het hele blad bij de aardappelteelt. Dit specifieke symptoom komt alleen voor bij aardappeln en kan je dus niet veralgemenen naar een gebrek aan mangaan bij andere teelten.

  • Of is het een samenloop van…?

Als er gebreken zijn van verschillende elementen tegelijk kan dit verwarring veroorzaken omdat de symptomen minder uitgesproken zijn. Hou hier rekening mee.

Bovendien zijn niet alle symptomen op onze planten steeds het gevolg van een voedingsprobleem. Ze kunnen ook te wijten zijn aan ziektes, infecties, stress, …. Goed om hierbij stil te staan.

 

Nog een sterke indicator: de mobiliteit van de voedingselementen

De mobiliteit van het nutriënt in de plant bepaalt wáar de eerste symptomen verschijnen.

  • Is een element mobiel in de plant, zoals bijvoorbeeld kalium, dan zal de plant het voedingselement van de oudste bladeren naar de nieuwe groeipunten transporteren. Op die manier zal de plant de groei en ontwikkeling van deze groeipunten niet in het gedrang brengen. De eerste symptomen van gebrek verschijnen dan op de oudste bladeren. De oudste bladeren fungeren als een tijdelijke opslagruimte voor dit element.
  • Is een element niet of weinig mobiel in de plant, zoals ijzer, dan kan de plant dit element niet meer verplaatsen. De jonge scheuten en bladeren krijgen dan te maken met een ijzertekort als de wortels dit voedingselement onvoldoende absorberen.

 

Hieronder een tabel met een indicatie van de mobiliteit van de verschillende elementen in de plant. Zo kan u inschatten met welk tekort u te maken heeft. Let op, er zijn verschillen tussen verschillende gewassen.

Zeer Mobiel

Mobiel

Beperkte mobiliteit

Niet mobiel

Stikstof (N)

Kalium (K)

Fosfor (P)

Zwavel (S)

Magnesium (Mg)

Zink (Zn)

Koper (Cu)

Mangaan (Mn)

Molybdenum (Mo)

Boor (B)

Calcium (Ca)

Ijzer (Fe)

Eerste symptomen op oudste bladeren of heel de plant

Eerste symptomen vooral op de oudste bladeren, soms meer algemeen

Eerste symptomen vooral op de jongere delen van de plant en soms ook op de reeds ontwikkelde bladeren

Eerste symptomen op de jongste bladeren, de groeipunten

 

In een volgend blogbericht gaan we dieper in op de typische kenmerken van gebreken voor elk specifiek voedingselement.

Met deze algemene indicaties in het achterhoofd, kan u al eea uitsluiten. Bij twijfel of onduidelijkheden roept u de hulp in van een specialist. Ons team staat vrijblijvend klaar voor een bezoek ter plaatse om te analyseren hoe we uw oogst optimaliseren en gebreken wegwerken. Mail of bel ons nu!